-
1 het planten
het planten -
2 planten
1 planter♦voorbeelden:zijn voet tussen de deur planten • mettre le pied en travers de la portebloembollen in de grond planten • enterrer des bulbeseen stok in de grond planten • planter un bâton dans le solzich voor de spiegel planten • se camper devant la glacehet planten • la plantation -
3 planten in het wild
planten in het wild -
4 planten in het wild
planten in het wildVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > planten in het wild
-
5 planting trees
het planten v. bomen -
6 plantation
-
7 planting
n. het aanplanten/planten--------n. het planten; stekje in grond stoppen -
8 implant
n. het planten; inplantatie--------v. (in-)planten; implanteren[ impla:nt]1 (in)planten ⇒ (in de grond) steken/zetten -
9 aanplant
♦voorbeelden:2 nieuwe/jonge aanplant • new/young plantings -
10 herborisation
-
11 Pflanzung
-
12 preservation of the species
het in stand houden van de verschillende soorten van mensen, dieren en planten door vermenigvuldiging -
13 wild
wild1〈 het〉♦voorbeelden:op groot wild jagen • chasser le fauveklein wild • menu gibiervliegend wild • gibier à plumeswild eten • manger du gibierwild uitzetten in een gebied • peupler une région de gibierhet wild op de vlucht jagen • effaroucher le gibierin het wild voorkomen • exister à l'état sauvagein het wild levende dieren • animaux sauvages————————wild2♦voorbeelden:→ link=weg wegeen wild geschreeuw • des cris furieuxwilde hartstochten • passions déchaînéeswilde ideeën aandragen • avoir des idées folleseen wild kind • un petit diableeen wild leven leiden • mener une vie de patachonhij vertelt de meest wilde verhalen • il raconte des histoires à dormir deboutwild enthousiast zijn • être follement enthousiaste (pour)zich wild haasten • foncerwild om zich heen kijken • regarder autour de soi d'un air hagardzich wild schrikken • avoir une peur bleuehet paard wordt wild • le cheval s'emballewild op iets zijn • être fou de qc. -
14 bed
n. bed; bodem; bloembed--------v. in de tuin planten; grondslagbed1[ bed] 〈 zelfstandig naamwoord〉4 bed(ding) ⇒ grondslag, onderlaag; (bodem)laag5 seks♦voorbeelden:separation from bed and board • scheiding van tafel en bedit is time for bed • het is bedtijddouble/single bed • tweepersoons/eenpersoonsbedspare bed • logeerbedkeep (to) one's bed • het bed houdentake to one's bed • het bed moeten houdenwet one's bed • bedwaterenno bed of roses • geen pretje→ wrong wrong/————————bed2〈werkwoord; bedded〉2 planten♦voorbeelden:→ bed down bed down/ -
15 water
♦voorbeelden:dat kan al het water van de zee niet afwassen • rien ne pourra (jamais) laver cette fautehard water • eau calcairehet heilige water • l'eau bénitehoog water • marée hautehoog water hebben • avoir un besoin pressantlaag water • marée basseopen water • eau(x) libre(s)diamant van het zuiverste water • diamant de la plus belle eauhij is bang zich aan (koud) water te branden • il a peur de se mouillerwater bij de wijn doen • mettre de l'eau dans son vinwater naar de zee dragen • 〈m.b.t. tevergeefs werk〉 porter de l'eau à la mer; 〈m.b.t. geschenk〉 offrir des fleurs à un fleuristede planten water geven • arroser les planteszijn water laten lopen • être incontinenthet water liep hem langs de rug • il était en nageer moet nog veel water door de Rijn stromen voor … • il passera de l'eau sous les ponts avant que …het water staat mij aan de lippen • je suis dans les difficultés jusqu'au couhij keek of hij water zag branden • il avait l'air de tomber des nuesonder water staan • être inondéonder water zetten • inondereen schip te water laten • lancer un navire→ link=geld geld -
16 pot
n. pan; aardewerk; kassa (bij pokerspel); grote hoeveelheid geld (i.d. spreektaal); hasjiesj (i.d. spreektaal)--------v. van korte afstand schieten; in een pot doen; planten in een potpot1[ pot] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 〈 benaming voor〉 pot 〈 voorwerp of inhoud〉 ⇒ kookpot; jampot, theepot 〈enz.〉; bloempot; (nacht)po; potvormig voorwerp (van aardewerk)8 〈 verkorting〉[pot shot]9 〈 verkorting〉[potbelly]♦voorbeelden:¶ keep the pot boiling • de kost verdienen, het zaakje draaiende houden〈 informeel〉 go (all) to pot • verkommeren, in de vernieling zijn————————pot2〈 potted〉1 schieten♦voorbeelden:pot at • (zonder mikken) schieten opII 〈 overgankelijk werkwoord〉 -
17 voorkomen
voorkomen1 prevent♦voorbeelden:we moeten voorkomen dat hij hier weggaat • we must prevent him from leaving————————voorkomen1〈 het〉1 [uiterlijk] appearance2 [het aangetroffen worden] occurrence, incidence♦voorbeelden:hij heeft een representatief voorkomen • he has a presentable appearancehet voorkomen hebben van • bear the semblance of————————voorkomen21 [vóór iemand/iets anders komen] get/draw ahead2 [gebeuren] occur, happen3 [aangetroffen worden] occur, be found4 [voor het gerecht verschijnen] appear5 [toeschijnen] seem, appear6 [voor het huis komen] come round♦voorbeelden:3 die planten komen overal voor • those plants grow/are found everywhere5 dat komt mij bekend voor • that rings a bell/sounds familiarhet is niet zo goed als hij laat voorkomen • it's not as good as he'd have you believehet laten voorkomen alsof … • make it appear as if …het komt mij voor, dat … • it seems to me that … -
18 talk
n. gesprek; lezing--------v. spreken, praten; zich uitdrukkentalk1[ to:k]2 gesprek♦voorbeelden:1 gepraat♦voorbeelden:4 there is talk of • er is sprake van (dat), het gerucht gaat dat→ tall tall/————————talk2♦voorbeelden:do the talking • het woord voerentalk away for hours • urenlang pratentalk round something • ergens omheen draaien/praten2 people will talk • er zal geroddeld worden, er wordt nu eenmaal geroddeld→ talk about talk about/, talk at talk at/, talk back talk back/, talk down talk down/, talk of talk of/II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 spreken (over) ⇒ discussiëren over, bespreken♦voorbeelden:1 〈 informeel〉 talk someone's head/ 〈Amerikaans-Engels; slang〉 ear off • iemand de oren van het hoofd pratentalk one's way out of something • zich ergens uitpratentalk oneself hoarse • praten tot men hees is¶ talk someone round (to something) • iemand ompraten/overhalen (tot iets)talk someone into (doing) something • iemand overhalen iets te doentalk oneself into a job • door overredingskracht een baan krijgentalk someone out of (doing) something • iemand iets uit het hoofd praten -
19 kweken
1 [met betrekking tot planten en gewassen] [verbouwen] grow, cultivate2 [met betrekking tot nieuwe plantenrassen] breed♦voorbeelden:zelf gekweekte tomaten • home-grown tomatoesgemakkelijk te kweken planten • easy-to-grow plantsdat kweekt haat • that breeds hatredbij de leerlingen interesse voor het vak kweken • generate the interest of one's pupils in the subjecteen voorraadje kweken • build up a supply -
20 come out
uitkomen, naar buiten komen, uitlekken, aan het licht komen, verschijnen; verdwijnen, vervagencome out1 uitkomen ⇒ eruit komen, naar buiten komen3 〈 benaming voor〉 verschijnen ⇒ te voorschijn komen, gepubliceerd worden 〈 van boek〉, uitlopen, bloeien 〈 van planten, bomen〉, doorkomen 〈 van zon〉, uit de mond komen 〈 van woorden〉, uitbreken 〈 van ziekte〉4 ontdekt/bekend worden6 duidelijk worden/zijn ⇒ goed uitkomen, er goed op staan 〈 foto〉8 zich voor/tegen iets verklaren9 haar/zijn debuut maken 〈op het toneel; in de wereld, voornamelijk met betrekking tot meisje uit hogere stand〉♦voorbeelden:8 the Government came out strong(ly) against the Russian invasion • de regering protesteerde krachtig tegen de Russische invasie¶ come out badly/well • het er slecht/goed afbrengencome out of nowhere • uit het niets opkomencome out right/wrong • goed/slecht aflopencome out for someone/something • iemand/iets zijn steun toezeggen
См. также в других словарях:
Idioma neerlandés — Neerlandés Nederlands Hablado en Países Bajos Curazao … Wikipedia Español
Maarten Houttuyn — Titelblatt Natuurlijke Historie 1. Teil, 1. Stück (1761) Maarten Willem Houttuyn (* 1720 in Hoorn; † 2. Mai 1798 in Amsterdam) war ein niederländischer Arzt und Naturkundler. Sein offizielles botanisches Autorenkürzel lautet „Hou … Deutsch Wikipedia
Хауттюйн, Мартен — Мартен Хауттюйн нидерл. Maarten Houttuyn Дата рождения: 1720 год(1720) Место рождения: Хорн (Нидерланды) Дата смерти … Википедия
Franz Junghuhn — Fr. Junghuhn. Titelbild zum Aufsatz Franz Wilhelm Junghuhn von A. Wichmann. In: Petermanns Mitteilungen aus Justus Perthes Geographischer Anstalt, 55. Band 1909, Tafel 37 (gegenüber S. 297) … Deutsch Wikipedia
Junghuhn — Fr. Junghuhn. Titelbild zum Aufsatz Franz Wilhelm Junghuhn von A. Wichmann. In: Petermanns Mitteilungen aus Justus Perthes Geographischer Anstalt, 55. Band 1909, Tafel 37 (gegenüber S. 297) … Deutsch Wikipedia
Junghuhns Werke — Franz Wilhelm Junghuhn (1809–1864) zählt zu den bedeutendsten Naturforschern in Niederländisch Indien. Sein Gesamtwerk in Wort und Bild über die von ihm erforschten Gebiete blieb jahrzehntelang wissenschaftlich von herausragendem Wert.… … Deutsch Wikipedia
Phil Bosmans — SMM (* 1. Juli 1922 in Gruitrode, Provinz Limburg) ist ein belgischer, katholischer Ordenspriester, Verfasser geistlicher Schriften und Telefonseelsorger. Leben Bosmans verbrachte den Großteil seiner Jugend in Genk, in der belgischen Provinz… … Deutsch Wikipedia
Colpophyllia natans — A colony of C. natans off the north coast of Haiti Conservation status … Wikipedia
Winter — 1. A früeha Winta hat an rund an längern Schwoaf. (Oberösterr.) – Baumgarten, 57. D.h. dauert weit länger. 2. Äm Wäinjter lutscht der Bîer (Bär) un de Klôen (Klauen). (Siebenb. sächs.) – Schuster, 126. 3. Auch in keinem strengen Winter kann man… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Hase (Lepus) — 1. Bai (wer) den Hâsen fangen well, maut den Rüen (Hund) wagen. – Woeste. 2. Bai wäsket de Hasen un de Vösse un se sitt doch glatt, sag de Frau, da lait se iäre Blagen ungerüstert lopen. (Iserlohn.) – Hoefer, 316; Woeste, 62, 13. Wer wäscht Hasen … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Cornelis de Bruijn — Cornelis de Bruijn, from Reizen van Cornelis de Bruyn door de vermaardste Deelen van Klein Asia (1698). Cornelis de Bruijn (also spelled Cornelius de Bruyn; 1652 1726/7) was a Dutch artist and traveler. He made two large tours and published… … Wikipedia